menu
Tuinadvies

https://www.tuinadvies.nl   /    dinsdag 19 maart 2024

Zaaien en opkweken van pompoenen en sierfruit

Pompoen kwekenPompoenen, ook wel bekend als Cucurbita's, kunnen zowel binnen als buiten worden gezaaid bij een temperatuur tussen 20 en 25 °C. Het meest effectieve aanpak is het voorzaaien, hoewel dit meer inspanning vergt, levert het zeker goede resultaten op. Door direct in afzonderlijke potjes (bijvoorbeeld van potmaat P9) te zaaien, wordt het zelfs overbodig om later de jonge planten te verspenen.

Binnen zaaien

De zaden worden in april en mei binnenshuis, in een serre of onder platglas, voorgezaaid bij een temperatuur tussen 20 en 25°C. Je legt de zaden op de zaaigrond, duwt ze zacht in de grond en bedekt ze met een laagje grond. Té diep zaaien verlaat de kieming. Zaai- en stekgrond is ideaal terwijl potgrond té zout is; die kan enkel gebruikt worden door een mengeling met zand te maken: meng hiervoor 1 deel zand met 2 delen potgrond. Maak de grond 1 maal goed vochtig en leg er plastiek overheen totdat de zaden kiemen. Na enkele dagen kiemen de zaden en plaats je ze op een koelere plaats (ca.15°C.) Tijdens de groei haal je de plastiek er af om smet op het blad te voorkomen. Voldoende licht is een noodzaak om frêle planten te voorkomen waarvan de stengel gemakkelijk breekt. Wanneer het eerste echte blad zich ontwikkelt (de twee kiemblaadjes niet inbegrepen), kan je de jonge pompoenplantjes verspenen indien nodig. Dit remt de groei wel af. Verspeen zeer voorzichtig zonder de wortels te beschadigen, haal het plantje uit de grond en plant het tot net onder de kiemblaadjes in een pot gevuld met een universeel potgrondmengsel.

NAAKTZADIGE RASSEN
Naaktzadige rassen hebben geen beschermend vlies waardoor ze sneller wegrotten in vochtige grond. Om dit probleem te omzeilen leg je de zaden vooraf op vochtig absorberend papier op een warme plaats. Wanneer het kiempuntje zichtbaar wordt, plant je het zaadje in potgrond op ca. 1 cm diepte. Deze methode past men ook toe wanneer men zaadverlies wil beperken of wanneer men slechts over enkele zaden van een zeldzame variëteit beschikt. Pompoenplanten zijn zeer vorstgevoelig, wacht best tot half of eind mei om ze buiten uit te planten afhankelijk van jouw woonplaats.

TIP
Voorzie voldoende muizenbestrijding: zaai in potjes, geef water en dek af met plastieken folie dan komt er condens aan de onderkant van de folie en daar hebben muizen een hekel aan, dit werkt beter dan vergif.

Buiten zaaien

Van half tot eind mei kan er ook ter plaatste gezaaid worden. Voor kleinschalige projecten wordt volgende toegepast: leg 2 tot 3 pompoenzaden op een heuveltje in goed gedraineerde grond. Met ca. 1 cm grond afdekken en afschermen tegen vogels, slakken en andere belagers. Wanneer de planten 2 of 3 bladeren ontwikkeld hebben, bewaar je de stevigste plant en verwijdert de anderen. Een nadeel bij het ter plaatste zaaien is dat er onvoldoende tijd rest om opnieuw te zaaien wanneer er iets misloopt bij het opkweken. Kalebassen (Lagenaria's) hebben meer warmte nodig om te kiemen (25°tot 30°C) en hebben een hardere zaadschil waardoor ze moeizamer kiemen. Om dit te verhelpen kun je het volgende doen: de zaden 12 tot 24 uren laten weken in lauw water en daarna (niet noodzakelijk) het smalste uiteinde van de harde zaadhuid voorzichtig afvijlen en dan zaaien.

Grondsoorten en voeding

Pompoenplanten hebben een voorkeur voor goed doorlaatbare en humusrijke grond die de doorgang van de lange wortels mogelijk maakt. Omdat Cucurbita's snelle groeiers zijn, moet je ze ruimschoots voorzien van compost of goed verteerde stalmest. Op armere grond biedt een plantgat van 50 X 50cm, gevuld met organisch materiaal (compost), uitkomst. Dit is natuurlijk maar mogelijk wanneer je slechts enkele planten wenst, in andere gevallen een laagje compost strooien voor het inwerken van de overige meststoffen. Tijdens de groei moet je maandelijks bijmesten, afhankelijk van de mest- en pompoensoort. Gebruik gedroogde koemestkorrels, beendermeel, compost of andere meststoffen met een hoge Kaliumwaarde (K-waarde aangegeven op de verpakking.) Standaard kan ook kunstmest: mengmeststof 500 kg per ha (12-10-18), gegeven worden. Geef niet teveel stikstof, dan kweek je veel bladeren en zeer weinig vruchten die bovendien minder lang houdbaar zijn.

Uitplanten

Zodra alle gevaar voor vorst geweken is (midden of eind mei) plant je ze uit. Rankende rassen nemen al snel een oppervlakte van 1,5 m² in beslag. Voor sterke groeiers kan dit zelfs oplopen tot 2 m². Struikvormers (patissons, courgette en acorn) echter, stellen zich tevreden met 1 m². In natte tuinen plant men best op een heuveltje om het wegrotten van de wortels zoveel mogelijk te voorkomen. Bij droogte begiet je de plant steeds rond de voet, zelfs tot op 1 meter afstand, en dit om de wortelvorming te bevorderen. Nooit op de bladeren gieten, dit zal schimmelinfecties in de hand werken (vb. meeldauw). Mulchen met organisch materiaal heeft bij het telen van pompoenen meerdere voordelen: het beschermt de bodem tegen uitdroging, houdt het pompoenveld onkruidvrij en zorgt tevens voor extra voedsel. Enkel goedverteerde mest/compost gebruiken en best voor de winter aanbrengen.

TIP
Plant langs de randen van het veld soorten als Patisson, Acorn en Courgette, dan heb je minder last van ranken over jouw tuinpad.
Cucumis, sommige soorten zoals hirsutus, myriocarpus en dipsaceus groeien goed buiten, laat ze best op een antiworteldoek kruipen.

Reuze-pompoen kweken

Als je één grote pompoen wilt telen, laat je slechts 1 pompoen aan de plant groeien. Heel belangrijk is de keuze van de beste pompoenvrucht die het snelste groeit en een mooie vorm heeft en best een pompoen die aan de hoofdstengel groeit. Als je een pompoenplant vrij laat groeien, bedekt deze al vlot een bladoppervlakte van 25 m². Een bladoppervlakte van 10 m² is voldoende om een grote pompoen te telen. Dus tijdig inperken.

#2475
Terug naar boven icoon