
Geprint vanhttps://www.tuinadvies.nl/artikels/struik_winterstek
In de zomer zijn er vele mensen die stekjes nemen en in potjes water op de vensterbank zetten. Vol spanning wordt er dan uitgekeken naar het moment dat de witte puntjes van de worteltjes zichtbaar worden. In veel gevallen duurt dat maar enkele weken. Bijna net zo gemakkelijk als het stekken van eenvoudige kuipplanten is het stekken van verschillende heesters (struiken).
Winterstekken is een vorm van vermeerderen waarbij houtachtige stekken worden gesneden terwijl ze in rust verkeren. De plantenwereld gaat in rust tijdens de winterperiode d.w.z. dat we stekken kunnen nemen vanaf oktober tot februari.
Van Ribes, Forsythia, Ligustrum, rode Kornoelje, Boerenjasmijn, Wilgen, Populieren, Vlier, Sneeuwbes, Spiraea , Weigela, Laburnum, Hypericum,... kun je in oktober tot februari rechte éénjarige scheuten voor stek snijden. Het zachte boveneind wordt verwijderd en de rest van de scheut wordt verdeeld in stukken van ongeveer 20 cm. Het beste slagingspercentage bekomen we met stekken die een potlood dik zijn.
Deze stekken worden gebundeld door er een elastiek / touw om te doen en daarna worden ze in de koude bak of op een beschutte plek in de grond gestoken. Let er natuurlijk wel op dat je de onderkant van de stekken in de grond zet en niet per ongeluk de stekken omdraait, want dan wortelen ze niet. Eenmaal in de grond kunnen ze dan wondweefsel maken. Dat wondweefsel of callus is zichtbaar als een bleke, verdikte laag aan de rand van het snijvlak. In het voorjaar (maart – april) worden de stekken uitgezet op een afstand van ongeveer 15 - 20 cm. Ze komen dan voor twee - derde in de grond te staan waar ze na enkele weken wortels gaan vormen. In de herfst als ze al goed gegroeid zijn kun je ze dan uitplanten op hun definitieve standplaats.
Hoe gaan we te werk?
LET OP: Bij het snijden van stekken altijd een snoeischaar of mes gebruiken met een gaaf snijgedeelte. Indien je met botte messen of messen met inkepingen snijdt vergroot de kans op ongave, rafelige snijwondes à vergroten de kans op schimmelvorming.
Auteur: Kurt Vossaert