Een Heliamphora nutans (rechts achteraan), daarvoor een Cephalotus follicularis, met het grote blad Pinguicula 'Weser', Drosera capensis, Dionaea Muscipula en dan mos en een paar varens die vanzelf uit het turf zijn opgeschoten.
Eén keer per jaar water geven is genoeg gezien het water in het palludarium blijft. Wanneer het verdampt, wordt het door het deksel (niet dit deksel!
, maar met het vorige wel) tegengehouden en druppelt het na een tijd terug naar beneden.
In het najaar (deze tijd zowat) laat ik het "vijvertje" vooraan leegverdampen door het deksel er even af te halen. Daarna gaat het deksel er terug op; de luchtvochtigheid blijft droog, maar de planten staan niet meer nat en kennen een rustperiode.
Een slaapkamer is ideaal: 's zomers gewone temperaturen en veel licht, 's winters lagere temperaturen en veel licht.
Veel insecten vangen deze plantjes in hun glazen kooi natuurlijk niet, maar dat gaat niet ten koste van hun gezondheid. Bovendien vang ik in het seizoen heel wat leliehaantjes die ik graag als voer gebruik voor m'n planten i.p.v. ze een zinloze dood te laten sterven. Het zijn namelijk de enige diertjes die ik actief bestrijd in mijn tuin.
Groeten,
Pol