menu
Tuinadvies

https://www.tuinadvies.nl   /    donderdag 28 maart 2024

Zo neem je een winterstek

In de zomer zijn er vele mensen die stekjes nemen en in potjes water op de vensterbank zetten. Vol spanning wordt er dan uitgekeken naar het moment dat de witte puntjes van de worteltjes zichtbaar worden. In veel gevallen duurt dat maar enkele weken. Bijna net zo gemakkelijk als het stekken van eenvoudige kuipplanten is het stekken van verschillende heesters (struiken).

Wat zijn winterstekken? 

Winterstekken is een vorm van vermeerderen waarbij houtachtige stekken worden gesneden terwijl ze in rust verkeren. De plantenwereld gaat in rust tijdens de winterperiode d.w.z. dat we stekken kunnen nemen vanaf oktober tot februari.

Van Ribes, Forsythia, Ligustrum, rode Kornoelje, Boerenjasmijn, Wilgen, Populieren, Vlier, Sneeuwbes, Spiraea , Weigela, Laburnum, Hypericum,... kun je in oktober tot februari rechte éénjarige scheuten voor stek snijden. Het zachte boveneind wordt verwijderd en de rest van de scheut wordt verdeeld in stukken van ongeveer 20 cm. Het beste slagingspercentage bekomen we met stekken die een potlood dik zijn.

Deze stekken worden gebundeld door er een elastiek / touw om te doen en daarna worden ze in de koude bak of op een beschutte plek in de grond gestoken. Let er natuurlijk wel op dat je de onderkant van de stekken in de grond zet en niet per ongeluk de stekken omdraait, want dan wortelen ze niet. Eenmaal in de grond kunnen ze dan wondweefsel maken. Dat wondweefsel of callus is zichtbaar als een bleke, verdikte laag aan de rand van het snijvlak. In het voorjaar (maart – april) worden de stekken uitgezet op een afstand van ongeveer 15 - 20 cm. Ze komen dan voor twee - derde in de grond te staan waar ze na enkele weken wortels gaan vormen. In de herfst als ze al goed gegroeid zijn kun je ze dan uitplanten op hun definitieve standplaats.



Hoe gaan we te werk?

  1. Het stekhout verzamelen en van eventuele bladeren ontdoen om verdamping te verminderen en aldus uitdroging te voorkomen. De kruidachtige, zachte vaak nog groene stengeluiteinden verwijderen daar ze in een bundel stekken te veel risico zouden geven op schimmelvorming.
     
  2. De stengelstekken (20 - 25 cm) snijden met een snoeischaar. De stek kan best gesneden worden op de volgende manier:
    ONDERKANT stek: ± 0,5 cm onder een oog schuin snijden. Door schuin te snijden bekomen we een groter wondoppervlak dat callusweefsel kan aanmaken à meer kans op wortelvorming.
    BOVENKANT stek: ± 0,5 cm boven een oog recht snijden. Door recht te snijden hebben we een kleiner verdampingsoppervlak à minder uitdroging.
     
  3. De gemaakte stekken onmiddellijk in dezelfde groeirichting leggen. Eventueel de stekken nog eens in een emmer zetten met een 4 cm groeistofoplossing in.
     
  4. De stekken per 25 of 50 stuks bundelen, binden en etiketteren.
     
  5. Stekken voor 2/3 inregelen op een beschutte plaats in de schaduw van een noordermuur en alzo uit de noorderwind. In de inlegerput scherp zand toevoegen vergroot kans op wortelvorming en verbeterd de drainage. Na het inregelen de grond goed aandrukken.
     
  6. De stekken afschermen tegen zeer strenge vorst. (stro, bladeren, rietmat)
     
  7. Uitgraven in maart - april en in rijen uitplanten op 15 -20 cm van elkaar en 2/3 diep. Bij het uitplanten voorzichtig te werk gaan zodat het gevormde wondweefsel niet wordt beschadigd.
     
  8. In de herfst zijn de stekken uitgegroeid tot verkoopbare struiken en kan men deze rooien, in doelen of in potten en verkopen.

LET OP: Bij het snijden van stekken altijd een snoeischaar of mes gebruiken met een gaaf snijgedeelte. Indien je met botte messen of messen met inkepingen snijdt vergroot de kans op ongave, rafelige snijwondes à vergroten de kans op schimmelvorming.

#251Kurt Vossaert

Auteur: Kurt Vossaert

Terug naar boven icoon